Wandeling te Zonhoven op zaterdag 26 januari 2013.
De dag begon met een ijzige temperatuur van min 7 graden. De snijdende wind deed er nog een schepje bovenop. Maar niet getreurd, in de buurt van Zonhoven (met dank aan de naam Zon) was het ietsje warmer. Vandaag kwam ik er achter, waarom de schaatssport nooit mijn favoriete bezigheid is geweest; ondanks dat ik reeds jong op de ijsbaan in Heer mijn eerste schreden heb gezet, ben ik na tal van andere sporten toch maar op de wandelsport overgestapt.
De straten, die we vandaag op de eerste schreden moesten overwinnen, waren spekglad en veroorzaakten menig “slippertje”. Het was oppassen geblazen, ondanks de antislip zolen, die enkele wandelaars droegen. Ik heb ze ook, alleen lagen ze thuis in de kast. Het parkoers maakte vandaag drie lussen; de eerste ging naar Teut door de heide en langs de Holsteen naar de controle in de bossen van Termolen.
Dit gebouw lijkt mij een clublokaal; ik ben er niet achter gekomen van welke club; persoonlijk dacht ik aan de scouting? De tweede lus maakte van hieruit een splitsing van de 12 en de 20 km richting Klein Hangel door de grote stille heide en later een prachtig bosgebied terug naar de heide langs Schemmersberg en wederom een rust in het clubgebouw. Hier had ik een gezellig samenzijn met de drie wandelvrienden uit Landen; Betty, Gilbert en Miel (de arme Hugo zat ziek thuis en van hieruit beterschap gewenst). De retour via de Molenheide, Huske, langs de Schemmersberg en de Vlasberg.
In het eerste ochtendgloren begonnen we aan het traject. Prachtig kwam de zon boven de horizon uit en bescheen de verstilde, bevroren bossen met een rode gloed. Het gebied van de Teut en de Haagdoorn was in vroeger dagen een uitgestrekt heide gebied, dat door boertjes werd gebruikt voor kleine akkertjes; die akkers werden door schapen, die op de heide graasden bemest. De Potstal (een begrip dat ook paardenliefhebbers kennen; men potte de mest op in de stal), die werd dan uitgespreid op de akkers . Van dit gebied is nu een klein gedeelte over en dat wordt nu als natuurgebied beschermd en beheerd (ook weer door kudden schapen). Het gebied kent verder een gevarieerde flora en fauna, die op de toegangsborden fraai wordt toegelicht.
De heidegebieden zijn al een aantal jaren door de mens onder handen genomen en dit resulteert in een landschap zoals de heide dient te zijn; schraal en kaal met een beplanting, die door schapen kort gehouden dient te worden, zodat boomsoorten niet de kans krijgen om massaal op te groeien. Het zand moet weer kunnen stuiven. Ook de bossen worden regelmatig “gedund”, zodat het ander hout de kans krijgt om zich te ontplooien en groot te worden. In Belgié is goed hout waardevol en mits goed beheerd hier aanwezig. Je ziet dat de natuur de rest doet, want het ziet er fraai uit met heel veel variatie. Elk vergezicht is weer anders; het heuvelachtig terrein zorgt voor de nodige klimmetjes. De losse sneeuw in combinatie met het rulle zand, maakte van dit parkoers een pittig geheel. De ondergrond, die waarschijnlijk vannacht nog eens stevig bevroren is, maakte verschillende stukken zeer glad. Terug in het startlokaal werd de laatste rozijnenbol (jawel, die zijn ook heel lekker) opgepeuzeld. Na het verschonen van de klamme kledij, reed ik terug naar ons stulpje in het Geuldal. De sneeuwbui bleef gelukkig nog even achterwege.
Jong, Rap en Kranig uit Zonhoven; het was een ”kranig” en heerlijk pittig parkoers. Bedankt.
Verslag en foto's: John Driesen
Vervolg foto’s zie: Foto's Zonhoven
Ingezonden reacties op het verslag en de foto's